Rusland en homo’s… zal het ooit weer goed komen? Het is een vraag die blijft hangen na het lezen van Kolja, de nieuwste roman van Arthur Japin.
Kolja Konradi is acht jaar en doof wanneer Modest Tsjaikovski – broer van – hem onder de hoede neemt. Als zijn vaste leraar verzekert die zich van een vast inkomen. Modest brengt de jongen naar het Franse echtpaar Hugentobler. Zij runnen een school in Lyon, waar dove kinderen leren spreken. Hun methode is streng en betwistbaar, maar werkt wel. Modest noteert de vorderingen trouw in zijn dagboek: meteen één van de verhaallijnen van de roman. Kolja’s oefeningen verdwijnen snel naar de achtergrond en maken plaats voor andere autobiografische notities. In het kielzog van de grote componist Pjotr Iljitsj Tsjaikovski trekken ze mee door Europa.
Kolja met de Tsjaikovski’s en hun bediende, San Remo, 1878.
In de andere verhaallijn volgen we Kolja die als een detective de dood van Pjotr Tsjaikovki onderzoek. Omdat omdat hij kan liplezen, valt hem op dat hij waarschijnlijk niet gestorven is zoals zijn omgeving het wil laten uitschijnen. Hoe waarschijnlijk is het dat iemand uit Tjaikovski's milieu sterft aan cholera? Heeft hij écht ongekookt water geserveerd gekregen in één van de chiqueste restaurants van Sint-Petersburg...? Of is er meer aan de hand?
Speelt de geaardheid van Tsjaikovski misschien een rol?
“Zodra ik mijn lichaam ontdekt had en daarmee de eenzaamheid waartoe de natuur mij heeft veroordeeld, vond ik geruststelling bij hem, oudere broer, die hierin mijn gelijke is. Onverwacht bleken wij in ons isolement niet alleen, maar samen. Ik kon mij in de liefde spiegelen aan hem.”
Japin weet te vertellen dat Rusland tolerant was tot Peter de Grote de homohaat meebracht uit Nederland. Eind de 19de eeuw worden homo’s naar Siberië gestuurd om er in strafkampen te werken en nooit meer terug te komen… De vrees voor deze kampen dwingen Tsjaikovski’s jaargenoten van de School voor Jurisprudentie tot een wreed besluit.
“Is iemand voor een geheime ereraad van jaargenoten verschenen, dan zal het echte hof zijn zaak zo goed als zeker seponeren. Op deze manier blijft het blazoen van de School voor Jurisprudentie onaangetast.”
Rusland aan het einde van de 19de eeuw of Rusland aan het begin van de 21ste eeuw… Veel lijkt er niet veranderd. De kampen in Siberië zijn verhuisd naar Tsjetsjenië waar mannen vanwege hun geaardheid worden geïnterneerd, gemarteld en gedood. Of hoe brandend actueel de dood van Tsjaikovski nog kan zijn…
Kolja leest als een detective. Al doet Japins eruditie je soms naar het woordenboek grijpen, het is een vertelstijl die ik alleszins smaak.
Arthur Japin – Kolja.
De Arbeiderspers,
Amsterdam.
340 blz.
€ 22,50.
★★★★☆